Beste reistijd

Nieuw-Zeeland bestaat uit het Noordereiland en het Zuidereiland. Deze twee eilanden hebben allebei een ander klimaat en daardoor ook verschillende landschappen. Het Noordereiland heeft een subtropisch klimaat in de zomer, terwijl de Alpen op het Zuidereiland temperaturen bereiken tot wel -10 graden celcius in de winter. Dit zijn echter extremen, want over het algemeen kent Nieuw-Zeeland een gematigd klimaat met milde temperaturen. Hoe verder zuidwaarts, hoe kouder het wordt. Januari en februari zijn over het algemeen de warmste maanden, juli is de koudste maand. 

Zomerperiode

December, januari en februari zijn de zomermaanden in Nieuw-Zeeland. Gemiddeld is de dagtemperatuur tussen de 21 en 32 graden. In de zomermaanden is het in Nieuw-Zeeland het drukst. Lokale en buitenlandse reizigers doorkruisen het land in de zomer. Dit komt mede door de aangename watertemperatuur. 

Deze maanden zijn ook uitermate geschikt voor buitenactiviteiten op zowel het Noorder- als het Zuidereiland. De zomers op het Zuidereiland zijn over het algemeen net iets warmer dan de zomers op het Noordereiland. 

Herfstperiode

Maart, april en mei zijn de herfstmaanden in Nieuw-Zeeland. Dit is de beste periode om te reizen door het land. Dit komt omdat het rustiger op het eiland is en het weer stabiel is. In de herfst komen de prachtige kleuren, die het landschap te bieden heeft, naar boven. De temperatuur ligt tussen de 7 en 21 graden. Dit is de perfecte temperatuur voor outdoor activiteiten als wandelen, kajakken en fietsen. Eind april zijn de bergtoppen al bedekt met sneeuw, omdat de winterperiode begint. 

Winterperiode

Juni, juli en augustus zijn de koudste maanden in Nieuw-Zeeland. De temperatuur ligt tussen de 7 en 16 graden. Dit is ideaal voor de wintersportliefhebbers, wandelaars en fietsers. De bergen zijn bedekt met sneeuw en er valt regelmatig regen. Tussen het Noordereiland en het Zuidereiland wisselt de temperatuur enorm. In het noorden van Nieuw-Zeeland is de temperatuur warmer dan in het zuiden. Skiën kan het best op het Zuidereiland in de regio's Central Plateau, Central Otago en Canterbury.

In het westen regent het meer dan in het oosten, waardoor het oosten een stuk minder groen is. Hier komen vooral wijnbouw en schapenfokkerijen voor.

Lenteperiode

September, oktober en november zijn de lentemaanden in Nieuw-Zeeland. In deze maand worden de pasgeboren dieren in de wei gezet en bloeien de bloemen in de velden. Gemiddeld ligt de temperatuur rond de 18 graden. Deze periode is ook bekend als het watervalseizoen, omdat het aantal watervallen zich verdubbeld. De plaatsen Milford Sound en Doubtful Sound mogen niet ontbreken als u reist in de lenteperiode. De lenteperiode in Nieuw-Zeeland wordt ook gezien als de mooiste reisperiode. 

Het Noordereiland varieert van een bijna subtropisch tot een subpolair klimaat. Dit zorgt ook voor een zeer divers landschap.